Waddeneilanden van Denemarken
De Deense Waddeneilanden liggen van alle waddeneilanden het verst van Nederland vandaan. De snoer van eilanden begint bij Texel, gaat via Borkum langs de Duitse eilanden en komt dan na Sylt bij de Deense Waddeneilanden uit. Denemarken kent drie bewoonde Waddeneilanden en nog enkele onbewoonde. Ze liggen voor de kust bij Tønder en Esbjerg en het zijn net als de Duitse en Nederlandse waddeneilanden pareltjes om te wonen en heerlijke plekken om een vakantie door te brengen.
Fanø
Fanø is een van de bewoonde eilanden van Denemarken. Je komt er met een veerbootje vanaf Esbjerg, een stad die een bezoek meer dan waard is. Het Waddeneiland, Fanø is het meeste oostelijke eiland van alle waddeneilanden, heeft veel met de Nederlandse en Duitse eilanden gemeen. De bewoners hebben eeuwenlang van de visserij en landbouw geleefd en hebben hun sporen in de walvisvaart verdiend. Het is een beroepstak waarvan je op vele waddeneilanden de sporen terugvindt. Ook op Fanø. Er staan commandeurshuizen en op de kerkhoven zijn de walvisvaarders te herkennen aan de stenen op hun graven.
Fanø is het eiland waar jaarlijks een Breifestival wordt georganiseerd, waar vele duizenden breiliefhebbers op af komen.
Rømø
Rømø ligt naast Fanø en heeft ook een walvisvaart historie. Dit waddeneiland is bekend om zijn Vliegerfestival en Sort Sol, het natuurfenomeen waarbij duizenden spreeuwen door de lucht vliegen en met hun wolken zo ongeveer de zon verduisteren. Rømø is te bereiken via een dam, je kunt er zo naartoe rijden.
Mandø
Het derde bewoonde eiland is Mandø, een bijna rond eilandje waar niet zoveel mensen wonen. Het is een eiland voor natuurliefhebbers: vogelaars en wandelaars. Het leuke van Mandø is dat je er bij eb met een traktorbus naartoe kunt rijden, de
traktorbusser. Het is het eiland waar je een zeehondsafari kunt doen.
In deze special verzamelen we artikelen over de Deense Waddeneilanden.