Vliegrampen in de 21ste eeuw
Vliegrampen met passagiersvliegtuigen brengen elke keer weer een schok in de wereld teweeg. Vliegtuigongelukken voeden onze vliegangst. 'Wij mensen zijn niet bestemd om te vliegen, wat anders hadden we wel vleugels gehad,' is een kreet die mensen met chronische vliegangst laten horen. En toch is de uitvinding van het vliegtoestel een geweldige. Het geeft ons de mogelijkheid om in korte tijd naar een ver oord te vliegen, om de wereld te verkennen en om het internationale werk te vergemakkelijken.
21ste eeuw
De 21ste eeuw kent al een groot aantal vliegrampen. Sommige daarvan hebben een grote impact op Nederland en België vanwege het grote aantal Nederlanders en Belgen aan boord. Het ongeluk komt dan heel dichtbij, vooral als een van de slachtoffers een bekende, een familielid of geliefde is of wanneer wij een van de nabestaanden kennen. Dan zie je het verdriet en ervaar je wat de schok in de families die dierbaren op zo'n plotselinge, onvoorspelbare en onvoorstelbare manier zijn kwijtgeraakt teweeg brengt. In de meeste gevallen staan we als toeschouwer, lezer, kijker, iets verder weg van het echte leed en kunnen we medelijden hebben en rillen bij de gedachte dat het ons ook zou kunnen overkomen. De 21ste eeuw heeft al een aantal vliegrampen voortgebracht met een enorme impact op de bevolking, omdat de verhalen zo dramatisch zijn, omdat het verdriet zichtbaar pijn doet. Omdat er mensen uit onze stad, ons dorp bij betrokken waren.
Oorzaken
De oorzaak van al die ongelukken is divers. De ene keer is het een technisch mankement, de andere keer zorgt een metaaldeeltje op de landingsbaan voor een kettingreactie met fatale gevolgen. Ook het weer wil nog wel eens de boosdoener zijn, met regen, onweer met blikseminslagen en windstoten. Heel soms raakt de piloot onwel of maakt de piloot fouten. Af en toe worden toestellen al dan niet opzettelijk uit de lucht gehaald met raketten of is een terroristische aanslag de oorzaak.
Kans
De kans dat een passagiersvliegtuig in de lucht explodeert, tegen een berg knalt, verkeerd landt, een blikseminslag treft, een technisch mankement krijgt waardoor hij plots hoogte verliest of uit de lucht wordt geschoten is heel klein. Het rijden op de drukke wegen is vele malen onveiliger dan het vliegen in een passagiersvliegtuig. Toch lijkt het soms alsof de toestellen als dode mussen uit de lucht vallen. Dat betekent niet dat de lucht onveiliger is geworden en dat er steeds meer vliegtuigen naar beneden storten. Het betekent dat in die ene periode toevallig veel vliegtuigen crashten en dat het in een volgende periode wel eens helemaal niet kan gebeuren. In feite wordt het luchtruim steeds veiliger, maar er vliegen wel erg veel toestellen. Een
frequent flyer moet zo ongeveer 2,7 miljoen keer het vliegtuig nemen om statistisch gezien kans te maken betrokken te raken in een dodelijke crash. En 2,7 miljoen keer, dat is erg veel vliegen. Andere cijfers: de kans dat je als passagier sterft als gevolg van een vliegtuigongeluk is 1 op 800.000. De kans op een fataal auto-ongeluk is 133 keer zo hoog, dat is namelijk (in Nederland) 1 op 6.000.
Vliegangst
Stellen de cijfers niet gerust? Overheerst zelfs bij deze kansberekening de vliegangst en belemmert je dat in het reizen over de wereld, denk dan eens aan een therapie. Ze worden door vliegmaatschappijen en diverse therapeuten aangeboden.